Herfstweer en hardlopen: waarom je blessure juist nú op de loer ligt
De lucht wordt frisser, de bomen kleuren goud en de parken liggen vol knisperende bladeren. Voor veel sporters is de herfst het mooiste seizoen om buiten te bewegen. Maar tussen die idyllische herfstplaatjes schuilt ook een valkuil: juist in deze periode zien fysiotherapeuten een piek in blessures.
Hoe dat komt? Het is zelden één oorzaak. De herfst is een samenspel van factoren die je lichaam op de proef stellen.
1. Gladde ondergrond, stijve spieren
Natte bladeren en modderige paden zorgen voor minder grip. Je lichaam reageert daar automatisch op door kleine aanpassingen te maken in je loophouding – vaak zonder dat je het merkt. Die subtiele verschuiving in balans kan overbelasting veroorzaken aan enkels, knieën of heupen.
Daar komt bij dat koudere temperaturen je spieren stijver maken. Waar je in de zomer na twee minuten losloopt, heeft je lichaam nu tien minuten nodig om op te warmen.
Blessuretip: Start je training met dynamische bewegingen (zoals hak-bil, knieheffen, kleine sprongetjes) en eindig met rekken in een warme ruimte.
2. Te snel willen compenseren
Veel mensen hebben na de zomer een sportdip gehad. Zodra de routine terugkeert, wil je dat ‘verloren’ ritme snel inhalen. En juist die snelle opbouw – meer kilometers, zwaardere gewichten of intensievere trainingen – zorgt voor scheurtjes, peesirritaties of overbelasting.
Blessuretip: Houd een trainingslog bij. Vergelijk niet met “hoe fit je vorig jaar was”, maar met waar je nú staat.
3. Verkeerde kleding, verkeerd signaal
Een onderschatte factor: temperatuurmanagement. Door kou trekken spieren samen, maar zweet je daarna te veel door te warme kleding, dan koelen ze juist te snel af. De afwisseling tussen warm en koud vergroot de kans op verkramping.
Blessuretip: Kies voor laagjes die ademen, maar je toch warm houden. Een dun thermoshirt, lichte windbreaker en goede compressiekousen zijn ideaal in dit seizoen.
4. Luisteren naar signalen
De herfst vraagt om aanpassing, niet om perfectie. Een lichte pijn betekent niet altijd dat je moet stoppen, maar negeren is nooit slim. De eerste signalen van een blessure zijn vaak subtiel: stijfheid ’s ochtends, zeurende pijn bij het opstaan, of een spier die “anders voelt dan normaal”.
Blessuretip: Neem herstel net zo serieus als training. Een rustdag is geen zwaktebod, maar een investering in je volgende training.
Tot slot
De herfst is geen reden om binnen te blijven. Het is juist het seizoen waarin je veerkracht traint — letterlijk én figuurlijk. Als je met aandacht beweegt, luister naar je lichaam en je niet laat verleiden tot overhaaste inhaalrondes, kun je sterker uit de herfst komen dan je erin ging.
